top of page

Kijk en deel wat je ziet

Bijgewerkt op: 24 mrt. 2020

Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet…

Samen kijken naar kunst.


Door het Coronavirus kunnen jullie helaas niet naar school en zitten jullie thuis, alleen, met broertjes of zusjes, of nog erger met je ouders. Natuurlijk werken jullie allemaal heel erg hard om jullie taken af te maken en je schoolwerk zo goed mogelijk bij te houden. Om de sleur wat te doorbreken leek het me leuk om met een clubje van ongeveer 8 kinderen samen naar kunst te kijken. Dit gaan we dan doen via Google Meets.


Veel mensen denken dat je verstand moet hebben van kunst om kunst te kunnen begrijpen. Ik denk dat je ook van kunst kunt genieten zonder er ook maar iets vanaf te weten. Je kunt door goed samen te kijken naar kunst en dit te delen nieuwe dingen ontdekken. Het is helemaal niet belangrijk wat jullie wel of niet weten van een werk. Je mag er alles van vinden en je kunt geen fouten maken, ik beoordeel niets. Wel wil ik jullie vragen om na ons gesprek een korte vragenlijst in te vullen via Google Forms. Gaan jullie samen met mij op ontdekkingstocht?


Praktische uitvoering:

Samen met de kinderen uit groep 8 ga ik naar een kunstwerk kijken via Google Meets. Ze krijgen eerst de tijd om het beeld goed te bekijken. Het is heel erg belangrijk dat iedereen netjes op zijn beurt wacht voor ze beginnen met spreken. Het is de bedoeling dat iedereen zijn zegje kan doen.

De methode die ik ga toepassen is Visual Thinking Strategies (VTS), de methode heeft als doel het kritisch denkvermogen te ontwikkelen, het ontwikkelen van esthetisch begrip en bevordert tevens de woordenschat van kinderen. De methode wordt ook in musea toegepast bij taalonderwijs voor nieuwe Nederlanders (NT2-onderwijs). Het groepsproces is belangrijk bij het uitvoeren van VTS. Ik vind de methode vooral interessant omdat het leerlingen leert dat er meerdere perspectieven mogelijk zijn in je interpretatie van het beeld. Je vertrekt of onderzoekt eigenlijk door het kijken naar kunst je eigen (voor)oordelen.


Aan de hand van drie vragen gaan we naar een beeld kijken:

1. Wat denk je dat er gebeurt in dit werk? (doel: openen van discussie, wat roept het voor gevoelens op; zoeken naar betekenissen)

2. Waaraan zie je dat? (Vraag naar bewijs, voor hetgeen ze zeggen of waarom ze het werk zo geïnterpreteerd hebben.)

3. Wat kunnen we nog meer ontdekken? (Dat is een afrondende vraag)


Na de sessie wil ik vragen of ze een reflectie willen schrijven op hun ervaring en wat ze ontdekt hebben aan de hand van een korte vragenlijst:



































Aandachtspunten voor mijzelf:

Duidelijk communiceren dat er geen goed of fout is en ik er niet ben om hen te beoordelen. Waar ze goed op moeten letten is elkaar uit te laten praten en om de beurt te spreken. Nu helemaal, omdat we het via Google Meets doen. Kan ik via Google Meets een scherm delen om de afbeelding te laten zien?

In mijn rol als facilitator is het allerbelangrijkste dat ik goed parafraseer en niet oordeel. Gedurende het gesprek ben ik de neutrale partij en is het belangrijk dat ik de structuur vasthoud van de vragen. Door te parafraseren beschrijf ik wat ze zien, maar op een abstracter niveau. Zo hou ik alles open voor hun eigen interpretatie.

Tevens is de keuze van het werk belangrijk. Een verhalend en herkenbaar beeld dat aansluit bij hun belevingswereld werkt het beste. Denk daarbij aan foto's, tekeningen, realistische beelden, niet te historisch. Je wilt niet dat ze gaan kijken om te delen wat ze al weten, het gaat bij VTS niet om kennis. Hou het gesprek kort per beeld, hooguit 7 tot 10 minuten. Afsluitend ga je niet samenvatten, maar vragen hoe ze het hebben beleefd.

(Tips met dank aan Laurens Krüger, lid Facebook VTS-community. Heeft online VTS-sessie gefaciliteerd via Zoom, video call.)


Tijdens het gesprek:

1. Wat denk je dat er gebeurt in dit werk? (doel: openen van discussie, wat roept het voor gevoelens op; zoeken naar betekenissen)

  • Na het delen van de observatie, het gezegde parafraseren, klopt dat en blijf neutraal, vervolgens door naar vraag 2:

2. Waaraan zie je dat? (Vraag naar bewijs, voor hetgeen ze zeggen of waarom ze het werk zo geïnterpreteerd hebben.)

  • Opnieuw parafraseren en neutraal blijven, klopt het nog steeds wat je in eerste instantie gezien hebt? Vervolgens door naar vraag 3:

3. Wat kunnen we nog meer ontdekken? (Dat is een afrondende vraag)

  • Opnieuw parafraseren en neutraal blijven, deze vraag zorgt er ook voor dat je het proces opnieuw kunt inzetten, het is dus een iteratief proces.


Bronnen:

12 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page